In de jaren vijftig groeide het carnaval inDongen. Zowel in Aurora, op initiatief  van  harmonie Aurora,  als bij Musis Sacrum (de voorloper van de Cammeleur)  op initiatief van Liberty, waren er toen mooie  carnavalsactiviteiten te vinden.

In 1957 nam de Jongerensoos het initiatief om te komen tot een georganiseerd carnaval voor heel Dongen. Het eigenlijke ontstaan van stichting de Peeënstekers dus.   Alle eerste raadsleden ( 1958)  van  deze jongerenbeweging kwamen voort uit de Jongerensoos plus vader Beex . De eerste prins voor heel Dongen, mede door de actieve steun van burgemeester Kooijman, was Geert Koppers (1959) . De naam Andreo is pas later ingevoerd door Ad de Vries, die zich, na Prins Geert I, als tweede prins  Andreo III noemde en zo dus in feite de eerste prins van het jeugdcarnaval in 1958 een plaats heeft gegeven als prinsAndreo Ien prins Geert als Andreo II.     

De raadsleden bleven trouw lid van de stichting  dus het  duurde even voordat de eerste raadsleden de raad gingen verlatenToen er oud-raadsleden kwamen,zochten zij naar een manier om carnaval te blijven vieren. 

Toen Sjef van  Lieshout in 1966 uit de stichting ging had ie geen zin om zich met een boerenkieltje in het carnaval te begeven.  Hij sprak met Wim Lourijsen en Kees Kuppensen ze bedachten dat ze als raadslid toch al mooiekostuums hadden en daarmee wilden ze iets doen. In plaats van de kleurrijke steek kozen ze voor een zwart witte uitvoering  en zo ontstonden de Veteranen. 
In het carnavalsjaar zijn Sjef Lieshout, Kees Kuppens, Harry Lucas en Wim Lourijsen, in een open  Amerikaanse slee, hun raadspak met gouden kragen aanmet aparte stekenals Veteranen aan de optocht mee gaan doen. 

Er was echter nog een andere club oud gedienden van de raad, de Paladijnen van den Gulden Ezel. Onder andere de veteranen  Jos van Luxemburg, Ad de Vries en  Geert Koppers wilden als carnavalsvereniging doorgaan en dat werd in  1967 CV de Paladijnen van den Gulden Ezel. Twee jaar deden ze met de optocht mee, met twee ezels, groen jasje aan etc.  Zij knapten een oud kippenhok op bij Joske van Luxemburg , maakten een ‘ingerichte ezelstal’  en nodigde daar ook de Vereniging  der  Veteranen uit.Het waren beruchte feesten die daar gevierd samen met de andere Veteranen werden. Want feesten dat deden samen voortreffelijk!De Paladijnen hebben zich later zich aangesloten bij de Veteranen en zijn vanaf 1 november 1969 als een Verenging der Veteranen verder gegaan. 

Het contact tussen stichtingPeeënstekers en de Veteranen was nauw en ook nu nog is de samenwerking goed.
En feesten  dat kunnen zook die Veteranen. Feesten die er nu nog zijn: Veteranenbal, schoolreisje, zomerfeest en de maandelijkse bijeenkomst.
Uit de oude doos is het Dweilen.Bijzonder was dat de Veteranen als carnavalsactiviteit hun eigen dweilavond hadden. Zij trokken van café naar café  en werden de begeleid  door een eigen band, iets dat overal heel veel gezelligheid bracht . Iedereen die zin had kon aansluiten. Deze activiteit is aan zijn succes ten onder gegaan. Op een bepaald moment was de groep volgers zo groot geworden dat men zich gedwongen  voelde te stoppen.

De binding met de carnavalswereld in het algemeen geeft de Vereniging op een bijzondere wijze vorm door het jaarlijks kiezen van de veteraan van het jaar. Een Pee die enigszins op leeftijd is en door doen en laten zijn steentje aan het Peeënrijkse carnaval heeft bijgedragen. Uiteraard zijn de ludieke jaarlijkse vergadering in de winter en de bijna beruchte  zomer- BBQ onlosmakelijk aan de status van Veteraan van het jaar verbonden.

In 2017 is de vereniging der Veteranen een bloeiende vereniging met een grote leeftijdsspreiding wat de dynamiek in de club ten goede komt. Men is erg actief, weet zich nauw verbonden met de Stichting en zijn bij vele evenementen te vinden: bij voorbeeld een vaste waarde in de optocht, winnaar van het grand gala du pee in 2015, de optredens op de oudermiddag, te vinden bij sauwel en bijzondere raadsvergadering, 11-11 protocol,   het jaarlijkse veteranenbal enzovoorts.